Om de uitstoot van broeikasgasemissies sterk te reduceren, zoals overeengekomen in het Klimaatakkoord van Parijs, is het gebruik van klimaatneutrale energiedragers een belangrijke strategie. Recent onderzoek naar de potentie van e-fuels voor langeafstandsvrachtvoertuigen (trekker-oplegger combinaties) in Nederland heeft uitgewezen dat batterij-elektrische voertuigen (BEV) het best presteren op een aantal belangrijke indicatoren zoals kosten, emissies en ketenefficiëntie. E-fuels blijken zeer geschikt voor zwaar vervoer en lange afstanden vanwege de grote actieradius en de mogelijkheid om gebruik te maken van bestaande tankinfrastructuur. Het volledige rapport is hier te downloaden.
Om de potentie van e-fuels te bepalen is er een vergelijkende analyse uitgevoerd waarin conventionele diesel en verschillende (klimaatneutrale) alternatieven zijn meegenomen als opties voor de aandrijving van trekker-opleggers, zoals met name toegepast in lange afstand goederentransport. Niet één energiedrager presteert het best op alle onderzochte criteria en de voor- en nadelen zullen naar verwachting gaan verschuiven over tijd (2030, 2040 en 2050). Echter, batterij-elektrische voertuigen (BEV) worden naar verwachting steeds aantrekkelijker. BEV’s scoren namelijk goed op een aantal belangrijke indicatoren zoals kosten, emissies en ketenefficiëntie.
De flexibiliteit van BEV’s is minder goed dan van andere alternatieven door een beperkte actieradius, maar op termijn naar verwachting toch voldoende voor een groot deel van de vloot. Zo kunnen er op termijn kostencompetitieve voertuigen worden geproduceerd die, afhankelijk van een goede afstemming van de rittenplanning op de voertuigkarakteristieken, voldoende actieradius zullen hebben voor 40 – 60% van de vloot bij ’s nachts opladen. Een half uur additioneel laden overdag vergroot dit tot 85 – 95% van alle trekker-opleggers. Het zal echter een grote uitdaging zijn om de benodigde laadinfrastructuur en capaciteit op het elektriciteitsnetwerk te realiseren. Indien niet aan deze voorwaarden kan worden voldaan, zal het belang van andere energiedragers (o.a. waterstof of e-fuels) en logistieke oplossingen (zoals modal shift of het wisselen van elektrische trekkers) groter zijn.
Schaarste en infrastructuur
Voor een beperkt deel van de vloot zal de inzet te veeleisend zijn om de voertuigen één-op-één te vervangen door batterij-elektrische aangedreven equivalenten. Bovendien bestaat het risico dat er niet tijdig voldoende laadinfrastructuur kan worden gerealiseerd of dat er niet voldoende materialen beschikbaar zullen zijn om de benodigde batterijen te produceren. Hier komen waterstof en duurzaam geproduceerde koolstofhoudende brandstoffen (biobrandstoffen of e-fuels) als mogelijkheden om de hoek kijken.
Ten opzichte van batterij-elektrisch leidt het gebruik van waterstof tot een grotere flexibiliteit, maar de kosten zullen hoger zijn. Bovendien dient er een nieuw netwerk van tankstations te worden opgebouwd die moeilijk te bevoorraden zijn vanwege de lage energiedichtheid van waterstof en de hoge zuiverheidsgraad die nodig is voor gebruik in brandstofcellen. Daarnaast zal de tankinfrastructuur enkel worden gebruikt door een klein deel van de voertuigvloot, aangezien de personenvoertuigvloot (bijna) volledig elektrisch zal zijn. Vanwege de beperkte afzet en de onzekerheid van afzet op lange termijn, is het risico van investeringen in deze infrastructuur relatief groot.
E-fuels en biobrandstoffen
Het gebruik van e-fuels is pas op langere termijn mogelijk, omdat de productie naar verwachting pas rond 2040 op gang zal komen. Op langere termijn hoeft dit geen beperkende factor te zijn, indien een deel van de duurzame energie geïmporteerd wordt uit regio’s met een hogere energieopbrengst en lagere kosten per eenheid oppervlak voor de opwekking van duurzame elektriciteit. Net als bij biobrandstoffen, heeft deze brandstof als voordeel dat er gebruik kan worden gemaakt van bestaande tankinfrastructuur. Om die reden zijn biobrandstoffen en e-fuels geschikt als terugvaloptie voor het halen van klimaatdoelen, juist in het geval dat de barrières voor de opkomst van batterij-elektrische vrachtvoertuigen van tijdelijke aard zijn. De beschikbaarheid van biobrandstoffen is daarbij nog wel een risico vanwege de grote behoefte die zal ontstaan vanuit de lucht- en (zee)scheepvaart.
Gericht beleid
Om ervoor te zorgen dat alternatieve aandrijftechnieken en energiedragers verder worden ontwikkeld en door de eindgebruikers worden ingezet, is het belangrijk dat beleid en wetgeving goed worden ingericht en geen onnodig hinder vormen voor de verdere ontwikkeling van alternatieve aandrijftechnieken en energiedragers. Het beleid moet er aan bijdragen dat de technologieën die het meest wenselijk zijn vanuit maatschappelijk perspectief ook aantrekkelijk zijn voor eindgebruikers.
Momenteel wordt er gewerkt aan herziene wetgeving om de CO2 uitstoot van vrachtwagens te beperken. Belangrijk is om te realiseren dat het eisen van zero-emissie (ofwel geen uitlaatemissies) of het aanpassen van de Europese CO2 norm naar 0 g/km, de inzet van verbrandingsmotoren op duurzame koolstofhoudende brandstoffen volledig uitsluiten. Aanvullend verkennend onderzoek naar een aanpassing van de Europese reglementen en verordeningen lijkt hier noodzakelijk, zodat alle potentieel benodigde opties voor het halen van de klimaatdoelstellingen toepasbaar blijven.
Vervolgonderzoek & meer informatie
Om verder met elkaar in gesprek te gaan over de resultaten en mogelijk vervolgonderzoek organiseert SmartPort op donderdag 16 februari de Communitysessie ‘Brandstof voor de vrachtwagen van de toekomst’ in het Schielandshuis, Rotterdam. Tijdens deze sessie zal o.a. Kees Overbeek toelichten wat de resultaten uit dit onderzoek voor Overbeek BV in de praktijk betekenen. Wil jij meer weten en met ons meedenken over vervolgonderzoek? Meld je hier kosteloos aan voor de sessie.
Samenwerking
Dit onderzoek is in opdracht van SmartPort door TNO uitgevoerd. De resultaten van dit onderzoek zijn tot stand gekomen met input van DAF trucks, Overbeek BV, SmartPort, DHL, Shell, Air Liquide, TLN, RAI Automotive en Brainport Eindhoven.